Free Image Hosting at www.ImageShack.us

- - - ID : Naar een identitaire stroming in Nederland ! - - -

donderdag, mei 31, 2007

HET BAAT NIET, EN SCHAADT WEL: 12 BEZWAREN TEGEN IMMIGRATIE in Elsevier, 26 mei 2007.

1 Immigratie is geen remedie tegen de vergrijzing
De Verenigde Naties en de Europese Commissie pleiten sinds de eeuwwisseling voor het binnenhalen van migranten uit ontwikkelingslanden als middel tegen de vergrijzing van Europa. Die opvatting werd in Nederland ook verspreid door de president van De Nederlandsche Bank Nout Wellink.
Maar de demografen Evert van Imhoff en Nico van Nimwegen berekenden al in 2000 dat er tot 2050 een jaarlijkse netto-instroom van 300.000 personen nodig zou zijn, met in 2011 een netto-instroom van 1,1 miljoen, om het bevolkingsaandeel van 65-plussers op het niveau van 1997 te houden. In 2050 zou de Nederlandse bevolking dan gegroeid zijn tot 39 miljoen mensen. En over een eeuw zou Nederland dan 100 miljoen inwoners hebben. De onderzoekers noemen deze weg 'haalbaar, noch wenselijk'.
Als de immigranten bovendien dezelfde gemiddelde sociaal-economische kenmerken hebben als de niet-westerse immigranten van de afgelopen veertig jaar, vormt hun komst al helemaal geen oplossing; zij werken minder, hebben vaker een uitkering en betalen minder belasting.
Bankpresident Wellink heeft deze 'oplossing' dan ook niet meer herhaald. Toch duikt deze remedie tegen de vergrijzing nog regelmatig op. De echte oplossing voor het vergrijzingsvraagstuk is een hogere arbeidsparticipatie, ook van ouderen, in samenhang met een hogere arbeidsproductiviteit. Om dat te bereiken zullen de overheidsuitgaven moeten worden beperkt en moeten de belastingen en premies naar beneden, zodat werken en ondernemen lonender worden. Maar dat was ook zonder vergrijzing al wenselijk.
 
2 Immigratie kost meer dan het oplevert
Zelfs in een land als de Verenigde Staten is het nettorendement van immigratie voor de samenleving vrijwel nul. In Nederland is het saldo zelfs uitgesproken negatief. In 2003 werd het financiële nadeel voor de Nederlandse overheid van een niet-westers gezin met twee jonge kinderen op 230.000 euro getaxeerd door het Centraal Planbureau. Daar komen nog specifieke uitgaven voor zaken als welzijnswerk, scholen en gevangenissen bij.
De niet-westerse immigranten van de afgelopen veertig jaar zijn onder meer zo duur voor de samenleving omdat ze minder werken, vaker een uitkering hebben, minder verdienen en minder belasting en premies betalen. Dit risico kleeft overigens ook aan de Oost-Europeanen die nu naar Nederland komen: ze verdienen minder dan gemiddeld, maar zijn, eenmaal officieel in Nederland gevestigd, minder vaak werkzaam.
Bij nieuwe hoogopgeleide migranten zou de financiële bijdrage aan de samenleving positief kunnen zijn. Maar in de praktijk gaat vooral de 'oude', financieel nadelige immigratie door, terwijl er ook Haagse en Brusselse plannen zijn om opnieuw minder kansrijke migranten binnen te laten.
Nieuwe migratieregelingen zijn bovendien uiterst fraudegevoelig. Zo heeft Nederland sinds 2004 een 'kenniswerkersregeling', die in de praktijk grootschalig frauduleus gebruikt wordt, zo wordt duidelijk uit diverse bronnen.
Als gevolg van immigratie wordt de etnische samenstelling van de bevolking steeds diverser. Die toenemende heterogeniteit heeft, hoewel vaak anders wordt beweerd, ook schadelijke economische effecten, onder meer door het verwateren van het onderlinge vertrouwen. De onderzoekers Alberto Alesina (Harvard University) en Eliana La Ferrara (Universiteit Bocconi) constateerden dat 'een hogere mate van etnische heterogeniteit leidt tot een lagere economische groei'.
Arbeidsmigratie heeft ook effecten op de lonen. Laagbetaalde migranten zijn gunstig voor werkgevers en hun afnemers, maar nadelig voor wie al laaggekwalificeerd werk deed. Dergelijke migratie drukt de lonen. Maar ook de import van hooggekwalificeerde arbeid kan een loondrukkend effect hebben. Zo constateerden de onderzoekers in 2005 dat de loonachterstand van hooggeschoolde bèta's in Nederland alleen kon worden verklaard door de relatief grote immigratie van bèta's.
Tenslotte kost het Nederland geld dat migranten vaak geld naar het herkomstland sturen. Nederlandse Marokkanen stuurden volgens onderzoek uit 2003 24 procent van hun totale inkomen naar Marokko en Turken 13 procent naar hun herkomstland. Navrant is dat deze immigrantengroepen ook hoog scoren in de Nederlandse armoedestatistieken.
 
3 Immigratie overbelast de verzorgingsstaat
Nederland heeft naar verhouding de hoogste uitkeringen en het hoogste wettelijke minimumloon in de wereld en daarnaast financieel aantrekkelijke voorzieningen op het gebied van zorg en huisvesting. Onderzoekers als de Amerikaanse econoom George Borjas toonden aan dat laagopgeleide immigranten een voorkeur hebben voor plaatsen waar de uitkeringen het gunstigst zijn.
Dat blijkt ook. Nederlandse immigranten uit onderontwikkelde landen hebben (veel) vaker een uitkering en maken ook vaker gebruik van de zorg- en de huurtoeslag. Hun arbeidsparticipatie ligt niet alleen lager dan die van anderen, maar is ook geringer dan in een land als Duitsland.
PvdA-leider Wouter Bos heeft er, nog in de oppositie, als eerste voor gepleit om nieuwe (arbeids-)migranten pas later recht op Nederlandse uitkeringen te geven. De vorige kabinetten-Balkenende wilden daar niet aan en het nieuwe kabinet heeft ook geen plannen in die richting. De Nederlandse verzorgingsstaat zal bij het oprekken van de immigratiemogelijkheden een blijvend aanzuigende werking hebben, vooral op migranten die toch al weinig beroepsperspectief hadden.
De aanhoudende oostwaartse uitbreiding van de Europese Unie verschaft steeds meer Europeanen (en straks wellicht ook Turken) toegang tot Nederland. Daarbij wil Brussel de toegang van niet-Europeanen tot de Europese Unie mogelijk maken. Daarbovenop zorgen Brusselse regels ervoor dat zowel Oost-Europeanen als andere migranten rechten krijgen op Nederlandse sociale voorzieningen. Als er geen keuze wordt gemaakt voor het uitsluiten van nieuwe migranten van de verzorgingsstaat – voorzover dat al mogelijk is – zal de uitkeringsmigratie toenemen. Het enige alternatief is dan een algehele versobering van de verzorgingsstaat.
 
4 Immigratie hindert integratie al aanwezige immigranten
Immigranten concurreren op de arbeidsmarkt vooral met de al aanwezige immigranten, die daardoor op het eerste gezicht slechter af zijn. In Nederland, met zijn (te) hoge wettelijke minimumloon, leidt dat tot verdrijving van die mensen van de arbeidsmarkt. Nieuwe immigratie uit minder ontwikkelde landen zal sociaal zwakke wijken verder belasten, 'zwarte' scholen zullen nog zwarter worden.
Als etnische populaties groter worden, neemt de kans op de vorming van 'parallelle samenlevingen' toe. Als de omvang en concentratie van etnische populaties toenemen, valt de druk om te integreren weg. Ontvangende samenlevingen staan ook negatiever tegenover grote groepen immigranten dan tegenover kleine. Ook dat ondermijnt de integratie bij voortgaande immigratie.
 
5 Verdere immigratie ontwricht cohesie
Een sterke toestroom van migranten 'met andere culturen en gewoontes' leidt tot 'maatschappelijke spanningen en verlies aan sociale cohesie,' zo stellen reeksen onderzoekers vast wat ervaringsdeskundigen al lang weten.
In reactie daarop vindt 60 procent van de Nederlanders dat er te veel buitenlanders zijn – slechts 1 procent vindt dat er te weinig zijn. Brits onderzoek wijst uit dat ook bijna de helft van de allochtonen vindt dat er te veel allochtonen zijn.
Volgens een brede definitie is al 18 procent van de Nederlandse bevolking van buitenlandse afkomst, waarvan meer dan de helft afkomstig is uit niet-westerse landen. Er zijn in Nederland verhoudingsgewijs net zoveel immigranten als in de Verenigde Staten. Etnische concentraties kunnen leiden tot het gevoel 'overlopen' te worden, het idee vreemdeling in eigen land te zijn.
De etnische concentratie in de grote steden en in bepaalde wijken is de laatste tien jaar bovendien sterk toegenomen, blijkt uit het Jaarrapport Integratie 2005. In 2004 waren er al ruim 450 buurten met meer dan een kwart niet-westerse allochtonen. Bijna de helft van die buurten ligt in de grote steden.
 
6 Immigratie gaat gepaard met import van vijandbeelden
Niet alle immigranten zijn toegewijd zijn aan de Nederlandse samenleving. Ze nemen bovendien tegenstellingen uit eigen land mee. Veel moslims blijken begrip te hebben voor aanslagen als die in de Verenigde Staten van 2001 en de moord op Theo van Gogh in 2004. Bovendien wijzen veel moslims westerse waarden als de democratische rechtsstaat en gelijkberechtiging van vrouwen en homo's af. Assimilatie, wat in de Verenigde Staten tot dusver gebruikelijk was, wordt in Nederlandse moslimkring doorgaans afgewezen.
De helft van de Turken en Marokkanen in Nederland vindt dat de westerse samenleving niet samengaat met die van moslims, blijkt uit het Jaarrapport Integratie 2005. De inlichtingendienst AIVD waarschuwt voortdurend dat de radicalisering van jonge moslims onverminderd doorgaat, evenals de afwijzing van de democratische rechtsstaat. Dergelijke opvattingen kunnen op den duur de rechtsstaat ondermijnen, zeker als leidende krachten in de Nederlandse samenleving geneigd zijn tot toegeeflijkheid. Het valt te betwijfelen of anti-westerse opvattingen minder sterk zullen worden als het opleidingsniveau van (nieuwe) immigranten van islamitische huize stijgt.
Immigratie kan ook gepaard gaan met het importeren van conflicten elders in de wereld, evenals met pogingen om het Nederlandse buitenlandse beleid te beïnvloeden. Voorbeelden zijn de Turks-Koerdische en Turks-Armeense conflicten en pogingen van Nederlandse Arabieren om het Nederlandse Midden-Oostenbeleid om te buigen ten gunste van Palestijnen en Arabische regimes.
 
7 Immigratie tast de leefbaarheid aan
Nederland is het volste land van de westerse wereld en de meeste Nederlanders willen geen voller land. Maar nieuwe en voortgaande immigratie hebben tot gevolg dat het land voller wordt en de beschikbare ruimte afneemt. Dat gaat gepaard met druk op natuur en milieu, langere files, vollere treinen, problemen met water en gebrek aan land voor huizen, bedrijven en vliegvelden. Veel mensen op een kluitje zou ook maatschappelijke spanningen kunnen vergroten. Een voller Nederland kan ook negatieve economische gevolgen hebben, zo berekende de Amsterdamse econoom Joop Hartog in 2002. Het leven wordt duurder in een vol land, mede doordat de schaarste aan ruimte de huizenprijzen opdrijft.
 
8 Immigratie leidt tot onderbenutting van mensen
Emigratie gaat gepaard met verlies van menselijk kapitaal. Dat iemand thuis goed is in zijn vak, wil nog zeggen dat hij ook in zijn nieuwe land meteen op hetzelfde niveau aan de bak kan. Immigranten missen landgebonden kennis en ervaring en hebben doorgaans een taalhandicap. Vaak missen ze een netwerk en zijn ze niet gewend aan specifieke Nederlandse codes.
Immigratie vanuit een arm land zal voor de betrokkene weliswaar veelal tot een inkomensverbetering leiden. Maar het is de vraag wat die betrokkene daarmee opschiet als hij in eigen land chirurg was en in Nederland niet verder komt dan op de taxi te rijden. De kansen om er wat van te maken in het nieuwe land zijn wel groter naarmate de afstand qua taal, cultuur en religie minder groot is. Dat is niet in het voordeel van wie uit Afrika of het Midden-Oosten komt.
 
9 Immigratie houdt innovatie tegen
Bedrijven die hun productieproces niet kunnen of willen moderniseren, dringen er vaak op aan (goedkope) arbeidskrachten te importeren om hun kosten laag te houden en zo te kunnen concurreren. Maar twee Haagse planbureaus (het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Centraal Planbureau) waarschuwden het tweede kabinet-Balkenende in 2004 al om niet de fouten uit het verleden te herhalen. 'In de periode 1960-1985 werden bedrijfstakken die het structureel moeilijk hadden in de internationale concurrentie (onder andere scheepsbouw en textiel) te lang en uiteindelijk vergeefs op de been gehouden via goedkope gastarbeid. Ook in de toekomst blijft het van belang tijdig bedrijfstakken te identificeren die zich structureel via laaggeschoolde immigranten (met lage lonen) op de internationale concurrentie staande proberen te houden. Te lang op een onhoudbaar “specificatiepad” doorgaan vermindert de algehele concurrentiekracht van de Nederlandse economie.' Dit zijn ernstige waarschuwingen voor wie, bijvoorbeeld in de land- en tuinbouw en de vleessector, denkt te kunnen overleven door het inschakelen van geïmporteerde arbeid.
 
10 Immigratie draagt bij aan misdaad
Van de Marokkaanse mannen van 18 tot 24 jaar wordt ruim 18 procent verdacht van criminaliteit en bij de Antillianen van die leeftijd is dat ruim 13 procent. Dat is aanzienlijk meer dan bij hun autochtone leeftijdsgenoten, die op minder dan 4 procent uitkomen, blijkt uit het Jaarrapport Integratie 2005. Westerse en niet-westerse allochtonen nemen de helft van alle gevallen van moord en doodslag voor hun rekening, terwijl ze minder dan 20 procent van de bevolking uitmaken. Turken, Surinamers en Antillianen staan bovenaan de lijst, blijkt uit het Elsevier-onderzoek naar moord en doodslag.
De Nederlandse gevangenisbevolking bestaat voor meer dan de helft uit mensen die niet in Nederland geboren zijn. Als degenen die een niet-Nederlandse ouder hebben worden meegerekend, zou het allochtone aandeel onder de gedetineerden nog hoger uitvallen.
De transnationale contacten van immigranten faciliteren ook de internationale misdaad. Zo zijn migranten vaak betrokken bij drugshandel, vrouwenhandel, witwassen, wapensmokkel, mensensmokkel en criminele afrekeningen. Het overgrote deel van de 'Nederlandse' gevangenen in het buitenland, meer dan tweeduizend, betreft immigranten die de Nederlandse taal vaak amper beheersen.
 
11 Immigratie maakt immigranten ongelukkiger
Verhuizen naar een ander land is vaak een pijnlijk proces. Immigranten voelen zich vaak nergens meer thuis. Arbeidsmigranten uit landen als Polen en de Filippijnen zien de gezinsbanden lijden onder hun afwezigheid.
Nederlandse Marokkanen en hun kinderen worden verscheurd tussen Marokkko en Nederland. Oudere Marokkanen zouden wel terug willen, maar hun kinderen en de uitkeringen houden hen in Nederland. Marokkaanse jongens raken verscheurd tussen de meegebrachte cultuur en Nederland en lijden volgens directeur Sadik Harchaoui van het multiculturele instituut Forum, zelf Marokkaan, overmatig vaak aan schizofrenie. Terugkeer is ook niet aantrekkelijk omdat het als oneervol kan worden gezien.
 
12 Immigratie helpt de herkomstlanden niet
Immigratie vanuit arme landen wordt door hoeders van de ontwikkelingshulp aanbevolen om de herkomstlanden te helpen. De vertrekkers uit die landen sturen geld terug, waarmee ze hun land helpen. En als ze terugkeren brengen ze kennis mee, waar het land ook nog wat aan heeft, zo luidt de redenering. Die redenering is ondeugdelijk. Landen als de Filippijnen en Marokko houden zich weliswaar deels op de been met terugstortingen (wereldwijd zo'n 220 miljard euro), maar ze ontwikkelen zich niet. Bovendien raken onderontwikkelde landen vaak juist hun beste krachten kwijt. Het pijnlijkst is de export van medici en verpleegkundigen uit het door aids en andere ziekten geteisterde Afrika.
Het op gang brengen van 'circulaire migratie' van tijdelijke migranten die kennis en geld terugbrengen naar hun land van herkomst – ideeën die in Brussel en Den Haag leven – zal bovendien een illusie blijken. Het is dezelfde denkfout die de basis vormde voor de mislukte gastarbeid naar Nederland eind jaren zestig.

Bron: Elsevier

Labels: , , ,

1 Comments:

Een reactie posten

<< Home